"Heb je er al een paar champagnetrips opzitten, of debuteer je in de streek? Zorg voor een degelijke voorbereiding waarbij het volgende stappenplan een leidraad zou moeten zijn in deze ontdekkingsreis en weet dat de persoonlijke smaak gedeeltelijk de regio bepaalt die men wil bezoeken."
Wanneer mensen zeggen: "Ik drink graag champagne.", en je vraagt daarop: "Oh ja, welke?", dan blijft het meestal stil.
Nochtans is dit de vraag die iedere oenotoerist zich moet stellen vooraleer hij zijn reisje naar de Champagne uitstippelt.
Verkies je de fruitige, florale champagnes of eerder de zurige, lichtvoetige, minerale bubbels? Of heb je liever champagnes met body, diepte en vinositeit?
De drie druivensoorten die de basis vormen van de meeste champagnes, geven elk hun eigen karakter aan de bubbels. Er zijn ongeveer evenveel Pinot Meunier-, Pinot Noir- als Chardonnaywijngaarden maar hun aanplant ligt niet gelijkmatig over de regio verspreid.
Pinot Meunier, die staat voor de fruitigheid, wordt vooral in de ‘Vallée de la Marne’ verbouwd.
Pinot Noir, die voor body en structuur zorgt, vinden we overwegend terug op de ‘Montagne de Reims’ en in de zuidelijke regio Aube. De betere Chardonnaydruiven, die de elegante, minerale bubbels afleveren, rijpen op de flanken van de Côte des Blancs.
Het neemt niet weg dat je bij de wijnbouwers van de ‘Montagne de Reims’ ook een Blanc de Blancs vindt. De kans is groot dat ze overwegend met de Pinot Noir zullen werken, maar in hun verschillende cuvées zit er meestal ook een bepaald percentage Pinot Meunier en Chardonnay.
Alleen in de Côte des Blancs zullen de meeste producenten alleen hun dierbare Chardonnaydruif in de cuvées verwerken.
Pas als je weet welke champagne je wenst te ontdekken, kan je een reisroute uitstippelen.